Er komt geen verplichte certificering meer, maar wel een toelatingsstelsel voor uitzenders, payrollbedrijven en detacheerders. Wie voor 1 juli 2025 in het SNA-register is ingeschreven of op 1 januari 2026 nog niet is toegelaten mag geen arbeidskrachten meer uitlenen. Het lijkt nog erg ver weg, maar de tijd begint te dringen. Door de enorme druk op de inspectiecapaciteit bij alle inspectie-instellingen zullen vertragingen ontstaan. Dus wees er op tijd bij.

Om misstanden bij de inzet van arbeidsmigranten tegen te gaan, wilde (demissionair) minister Karien van Gennip minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid  aanvankelijk op advies van de Commissie Roemer een certificeringsplicht voor uitleenbedrijven instellen. Deze certificeringsplicht moest malafide uitzenders van de markt weren.

Maar die verplichte certificering voor uitzenders en detacheerders gaat niet door. De reden hiervan is dat de Raad van State (RvS) forse kritiek had op het oorspronkelijke wetsvoorstel.

Het belangrijkste bezwaar van de Raad van State is dat de minister uitging van een privaatrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) als certificerende instelling. Daarop heeft minister Van Gennip het wetsvoorstel aangepast. Dat is nu geworden de ‘Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (WTTA).

Er komt een toelatingsnormenkader dat via een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) wordt vastgelegd, wat betekent dat dit dus onder direct gezag van de minister komt te staan. Geaccrediteerde inspectie-instellingen door de Raad van Accreditatie (RvA) zijn verantwoordelijk voor het uitvoeren van inspecties.

De kans dat dit toelatingsstelsel er komt, is heel groot. Het wetsvoorstel WTTA is op 10 oktober 2023  ingediend bij de Tweede Kamer. De verwachting is dat de Tweede Kamer in het voorjaar van 2024 daarover zal stemmen, aangezien dit wetsvoorstel niet controversieel is verklaard.

 

Verplichte toelating, voor wie?

Aanleiding voor de nieuwe wetgeving is dus de misstanden bij de inzet van arbeidsmigranten, maar de reikwijdte van het nieuwe wetsvoorstel is veel groter. Deze verplichte toelating gaat gelden voor alle ondernemingen, gevestigd in Nederland en het buitenland, die in ons land arbeidskrachten ter beschikking stellen (TBA) conform de WAADI. Dit zijn naast uitzendbureaus die hun eigen uitzendkrachten plaatsen bij opdrachtgevers, ook doorleners, payrollers en zelfs detacheerders. Deze hebben immers allen een driehoek arbeidsrelatie opdrachtgever-werknemer-werkgever en vallen daarmee onder de WAADI.

Al deze uitleenbedrijven mogen vanaf 1 januari 2026 zonder officiële toelating geen arbeidskrachten meer uitlenen. Inleners mogen op hun beurt geen arbeidskrachten meer inlenen van deze uitleenbedrijven. De arbeidsinspectie zal hier naar eigen zeggen streng op gaan handhaven.

 

Impact

De bestuurlijke boetes kunnen oplopen tot € 90.000,- per overtreding, en die boetes gelden voor de hele keten, van uitlener, doorlener tot inlener. De arbeidsinspectie kan zelfs bij recidive de onderneming preventief stilleggen. Ook schijnconstructies met zzp’ers, waarbij feitelijk onder leiding en toezicht van de klant wordt gewerkt, vallen hieronder.”

 

Wat houdt het verplichte normenkader in?

Het normenkader bestaat uit de volgende vijf onderdelen:

  1. Het bestaande normenkader van de Stichting Normering Arbeid (NEN 4400-1)
  2. Het toepassen van het juiste loon op basis van het loonverhoudingsvoorschrift (inlenersbeloning) en transparante communicatie (informatie arbeidsvoorwaarden) daarover in de keten.
  3. Een procedure bij werving en selectie ter bevordering van gelijke kansen (anti-discriminatie). De ABU en NBBU voeren al een antidiscriminatiebeleid voor hun leden. (Nieuw is dat dit voor de hele markt gaat gelden. De Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie gaat overigens medio 2024 in werking.)
  4. Waarborging van veiligheid op de werkplek door het schriftelijk doorgeleiden van de veiligheids- en gezondheidsrisico’s door de werkgever aan de werknemer op de werkplek. (Naast de bestaande RI&E en het VCA/VCU-certificaat, is het idee dat er ook meer bewustwording komt bij de inlener. Met een procedure voor de start van de werkzaamheden kan de uitzender de uitzendkracht beter informeren over veiligheid op de werkplek.)
  5. Voldoen aan huisvestingscertificering zoals het SNF-keurmerk van de Stichting Normering Flexwonen op het moment dat er huisvesting wordt aangeboden aan de werknemer.

 

Waar moeten uitleenbedrijven in het toelatingsstelsel aan voldoen?

Een uitlener moet voor de toelating voldoen aan de volgende 4 eisen:

  1. Aantoonbaar voldoen aan het normenkader (zoals hierboven beschreven) middels een goedgekeurd inspectierapport verzorgd door een door de minister aangewezen inspectie-instelling.
  2. Inschrijving in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel;
  3. Een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) voor rechtspersonen overleggen;
  4. Financiële zekerheid stellen middels een waarborgsom van uitlener van € 100.000,- (Voor starters is dat beperkt tot € 50.000,-)

 

Aanmelding

De toelatingsplicht geldt vanaf 1 januari 2026. Vanaf die datum start de handhaving. Dat lijkt nog erg ver weg, maar dat is het niet. Je moet als uitlener de aanvraag voor toelating uiterlijk vóór 1 juli 2025 bij de toelatende instantie indienen. Vanwege het overgangsrecht gelden de volgende drie mogelijkheden:

  1. Uitleenbedrijven die op 30 juni 2025 al gecertificeerd zijn voor het SNA-keurmerk (van Stichting Normering Arbeid) en in het SNA-register staan, kunnen bij hun eerste aanvraag voor toelating een actuele verklaring van registratie uit het SNA-register overleggen in plaats van een inspectierapport gebaseerd op het verplichte normenkader.
  2. Uitleenbedrijven die uiterlijk op 31 december 2024 aan de minister melden dat ze een aanvraag zullen doen voor het toelatingsstelsel en deze aanvraag ook daadwerkelijk voor 1 juli 2025 indienen, komen in aanmerking voor overgangsrecht. Ze moeten echter zo snel mogelijk na deze aanvraag alsnog een inspectierapport indienen. Daarbij hoort een inspanningsverplichting. Op het moment dat een inspectie-instelling tijd heeft zal de onderneming op moeten gaan voor inspectie.

Voor 1 en 2 geldt: als de minister op 1 januari 2026 nog geen besluit heeft genomen over de aanvraag, kan de uitlener toch arbeidskrachten ter beschikking blijven stellen tot er een besluit is genomen.

  1. Alle Uitleenbedrijven die op of na 1 juli 2025 een aanvraag indienen en/of niet tijdig een melding hebben gedaan aan de minister voor 31 december 2024, moeten voor 1 januari 2026 een inspectierapport indienen. Zonder goedgekeurd rapport geldt: geen toelating tot de markt.

Zorg er dus voor dat je tijdig (vóór 1 juli 2025) positief bent gecertificeerd ten behoeven van het SNA-keurmerk en ook in het register van gecertificeerde ondernemingen van het SNA Keurmerk bent opgenomen.

 

Belangrijke reden om nu al starten met het SNA-keurmerk!

  1. Het niet hoeven storten van een waarborgsom van € 100.000,-.
  2. Uitleenbedrijven met het SNA-keurmerk kunnen aantonen dat zij betrouwbaar zijn en aan hun fiscale verplichtingen hebben voldaan. Als zij daarnaast vier jaar aantoonbaar arbeidskrachten ter beschikking hebben gesteld en ook zo in het handelsregister zijn opgenomen, hoeven zij geen borgsom te storten.